William Adolphe Bouguereau, een Franse academische schilder, werd op 30 november 1825 in La Rochelle geboren. Vanwege gespannen familieverhoudingen werd de kleine Bouguereau naar zijn oom in Mortagne gestuurd. Dat was waarschijnlijk het lot, want de oom steunde zijn neiging tot kunst en schilderen. Zo kreeg hij al vroeg zijn eerste schilderlessen.
Voordat Bouguereau in 1846 begon te studeren aan de École nationale supérieure des beaux-arts de Paris, een nationale hogeschool voor schone kunsten, werkte hij in het atelier van Francois Picot. Daar behoorde hij tot de beste leerlingen en in 1850 won hij zelfs de Prix de Rome met zijn schilderij „Zenobia gevonden bij een schaapskudde“, een prijs voor beeldende kunstenaars van de Académie royale de peinture et de sculpture. Hierdoor kon hij een jaar in de Villa Medici in Rome verblijven, waar hij naast formele lessen de meesterwerken van de renaissancemeesters mocht bestuderen.
Bouguereau was een tijdlang de beroemdste Franse kunstenaar van zijn tijd, niet alleen in Frankrijk, maar ook in andere landen. Klassieke en historische thema's die hij in zijn werken ontvouwde, kenmerkten zich door technisch realisme en academisch classicisme. Griekse voorbeelden waren inspiratie voor zijn mythologische en allegorische genreschilderijen. Zo interpreteerde hij de klassieke onderwerpen. Hij schiep een geïdealiseerde wereld, enigszins sentimenteel en sensueel, bewonderde het vrouwelijk lichaam en stelde vrouwen zeer vrouwelijk voor, met erotische uitstraling. William Bouguereau schilderde ook religieuze schilderijen in de prerafaëlitische stijl.
Zijn schildertechniek was fotorealistisch en geperfectioneerd. William Bouguereau streefde naar een onberispelijke techniek tot in het kleinste detail. Zijn werken werden vaak in de Salon tentoongesteld. Hij ontving veel opdrachten voor privéwoningen, openbare instellingen en versierde ook de kapellen van de Parijse kerken. In 1876 werd hij lid van de Academie voor Schone Kunsten.
De schilder was zeer succesvol, zowel financieel als artistiek en genoot ook sociale erkenning. Maar de kunstenaar ervoer ook tegenslagen: drie kinderen en zijn eerste vrouw stierven. Het persoonlijke verdriet leidde William Bouguereau naar zijn religieuze werken, zoals „De Pieta“. In 1900 werd zijn enige nog levende zoon ziek en stierf. Deze tragedie had onomkeerbare gevolgen voor de gezondheid van de inmiddels 75-jarige kunstenaar. Met de dag voelde hij zich slechter en slechter. In 1905 stierf Bouguereau uiteindelijk in zijn geboorteplaats La Rochelle aan hartfalen.
© KUNSTKOPIE.NL