Claude Monet wordt beschouwd als het toonbeeld van het impressionisme en behoort tot de meest vooraanstaande schilders in de kunstgeschiedenis. Claude Monet (Oscar-Claude Monet), geboren op 14 november 1840 in Parijs, bracht zijn jeugd door in Le Havre. Daar ontwikkelde hij al vroeg zijn artistieke talent, met name voor karikaturen, die hij tussen 1856 en 1858 verkocht. Deze werken trokken de aandacht van de schilder Eugène Boudin, die hem de eerste lessen in landschapschilderen gaf en hem aanmoedigde om direct in de natuur te schilderen – een praktijk die Monet later zou perfectioneren.
In 1859 verhuisde Monet naar Parijs, waar hij de Académie Suisse bezocht en belangrijke contacten legde, waaronder met Camille Pissarro, een andere pionier van het impressionisme. In de jaren 1862/63 ontmoette Monet in het atelier van Charles Gleyre ook Frédéric Bazille, Pierre-Auguste Renoir en Alfred Sisley. Samen experimenteerden ze met nieuwe technieken en kleuren om de vluchtige effecten van licht en atmosfeer vast te leggen. In deze periode ontstonden enkele van Monets vroege meesterwerken, die hem snel succesvol maakten in de salons van 1865 en 1866.
In 1870 trouwde Monet met Camille Doncieux, die al als model voor enkele van zijn schilderijen had gediend. Met haar en Pissarro vluchtte hij tijdens de Frans-Duitse Oorlog naar Londen om aan de dienstplicht te ontkomen. In Londen ontmoette hij de kunsthandelaar Paul Durand-Ruel, die later een belangrijke promotor van het impressionisme werd. Na hun terugkeer naar Frankrijk vestigde Monet zich in Argenteuil bij Parijs, waar hij veel van zijn beroemdste landschappen schilderde.
De eerste impressionistententoonstelling vond plaats in 1874 in Parijs, en Monets werk "Impression, soleil levant" (1872) werd de naamgever van de stijlrichting. Het impressionisme brak radicaal met de traditionele kunstopvatting en stelde de momentane werking van licht en kleur boven duidelijke contouren en gedetailleerde tekening.
Na de dood van zijn vrouw Camille in 1879 trouwde Monet later met Alice Hoschedé, die hem bij zijn werk ondersteunde. Vanaf 1883 woonde Monet in een ruim huis in Giverny, waar hij een prachtige tuin met een beroemde vijver met waterlelies aanlegde. Deze tuin werd voor Monet een onuitputtelijke bron van inspiratie en domineerde zijn artistieke werk tot aan zijn dood. Zijn waterlelieschilderijen, met name de monumentale series die in de laatste decennia van zijn leven ontstonden, behoren vandaag de dag tot de meesterwerken van de kunstgeschiedenis.
Monet wijdde zijn leven aan de weergave van de natuur en haar stemmingen. Hij schilderde hetzelfde motief – of het nu de kathedraal van Rouen, de hooibergen op de velden of de vijver met waterlelies in Giverny was – op verschillende tijdstippen van de dag en in verschillende seizoenen, om de veranderingen door licht en atmosfeer vast te leggen. Vooral de weerspiegeling van het water en de wisselwerking van licht- en schaduweffecten fascineerden hem.
Claude Monet stierf op 5 december 1926 in Giverny en werd begraven op de plaatselijke begraafplaats. Zijn werk beïnvloedt tot op de dag van vandaag de kunstgeschiedenis en wordt beschouwd als een mijlpaal voor de moderne schilderkunst.
© KUNSTKOPIE.NL